Rechten en plichten na huurbeëindiging dringende reden in Amsterdam

Na een succesvolle huurbeëindiging op dringende reden in Amsterdam verschuiven rechten en plichten direct. De huurder moet het pand ontruimen en in oorspronkelijke staat achterlaten, conform artikel 7:229 BW. Openstaande huur en schade worden gevorderd via de Amsterdamse kantonrechter. Verhuurder mag niet zelf ontruimen; een deurwaarder is verplicht, mede om huiselijk geweld of overlast in dichtbevolkte wijken als de Jordaan of Bijlmer te voorkomen. Huurders hebben recht op waarborgsom terug minus schade, met afrekening via de Huurcommissie Amsterdam. Bij ontruiming geldt 4 weken uitstel als het hoofdverblijf betreft. Geschillen over eindafrekening gaan naar de Huurcommissie of de Rechtbank Amsterdam. Verhuurders moeten leegstand melden bij de Dienst Wonen van de Gemeente Amsterdam. Belangrijk: beëindiging heft geen lopende contracten op, zoals servicekosten of WoningNet-regelingen. In crisissituaties biedt de Amsterdamse dak- en thuislozenopvang (DTO) of GGD noodopvang aan. Jurisprudentie zoals ECLI:NL:RBAMS:2022:456 benadrukt proportionaliteit; excessieve claims in Amsterdamse huurgeschillen worden vaak afgewezen. Huurders kunnen bijzondere bijstand aanvragen bij het Amsterdamse Sociaal Loket. Documenteer alles voor mogelijke incasso via deurwaardersexploitanten in de regio. Deze fase vereist zorgvuldige afwikkeling, rekening houdend met Amsterdams strenge huurbeleid, om nieuwe geschillen te vermijden. Specifiek voor Amsterdam: raadpleeg de Woningautoriteit voor lokale handhaving.