Terug naar Encyclopedie

Strafrechtelijke versus Bestuurlijke Handhaving in Amsterdam

Bestuurlijke handhaving concurreert met strafrecht in Amsterdam; keuze op basis van ernst en opzet, zoals bij havenoverlast. Ne bis in idem voorkomt dubbele bestraffing (art. 5:44 Awb).

1 min leestijd

Keuze tussen bestuurlijk en strafrechtelijk in Amsterdam

In Amsterdam concurreert bestuurlijke handhaving (Awb) met strafrecht (WVW, WvSr). De gemeente Amsterdam kiest primair voor boetes bij overtredingen zoals illegale feesten in het Vondelpark of milieuoverlast in de haven, maar het Openbaar Ministerie (OM) kan overnemen bij ernstige gevallen (art. 5:44 Awb). Ne bis in idem (art. 68 Grondwet) voorkomt dubbele bestraffing, wat cruciaal is in een drukke stad als Amsterdam met veel handhavingszaken.

Juridische kwalificatie verschilt: bestuurlijke toetsing is objectief, gericht op de overtreding zelf, terwijl strafrecht subjectief opzet vereist. Bestuurlijke boetes zijn efficiënt voor hoog volume, zoals parkeerovertredingen op de grachten of geluidsoverlast in de Jordaan.

Afspraken in Amsterdams beleid

De LAP Amsterdam (Leidraad Aanpak Pleger Delict, aangepast voor de regio) coördineert handhaving. Bij milieudelicten in het IJmeer-gebied of opzet bij drugshandel krijgt strafrecht prioriteit. Rechtspraak, zoals uitspraken van de Rechtbank Amsterdam, harmoniseert sancties tussen bestuur en OM.

Dit tweesporenbeleid maximaliseert afschrikking in Amsterdam, zonder het rechtssysteem te overbelasten, en sluit aan bij de APV (Algemene Plaatselijke Verordening) voor lokale prioriteiten.