In Amsterdam, waar de arbeidsmarkt bruisend is met talloze starters en scale-ups in de Zuidas en de Jordaan, is de transitievergoeding een cruciaal recht bij ontslag. Toch zijn er belangrijke uitzonderingen waarin werkgevers niet hoeven te betalen. Volgens artikel 7:673 lid 7 BW in het Burgerlijk Wetboek (BW) vervalt het recht bij ontslag wegens ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer, zoals diefstal of fraude – denk aan gevallen bij Amsterdamse horecabedrijven of tech-startups.
Bij faillissement of surseance van betaling, vaak gezien bij kwetsbare MKB'ers in Oost-Amsterdam, wordt de vergoeding afgehandeld via de UWV-kurator. Dit is niet altijd volledig, vooral niet bij de vele faillissementen in de coronanajaarperikelen. Voor tijdelijke contracten die naturally aflopen zonder opzegging – gebruikelijk in de flexibele Amsterdamse gig-economie – bestaat geen aanspraak op transitievergoeding.
Vóór 2020 golden speciale regels voor 50-plussers, maar nu hanteert men de standaardberekening, relevant voor de vergrijzende workforce in Amsterdam-Noord. Bij reorganisaties, zoals bij grote werkgevers rond het Centraal Station, kan een collectieve regeling de individuele vergoeding vervangen, mits gelijkwaardig. Let op: ontslag op eigen initiatief, bijvoorbeeld opzegging tijdens ziekte, schakelt het recht uit.
Werkgevers in Amsterdam kunnen de vergoeding verrekenen via een vaststellingsovereenkomst, maar alleen met expliciete afspraken. In 2025 wijzigen deze regels niet, maar check de cao's in sectoren als vastgoed of creatieve industrie voor lokale nuances. Twijfelt u over uw situatie? Wandel naar een juristkantoor in de Negen Straatjes of raadpleeg de Amsterdamse Juridisch Loket om benadeling te voorkomen en uw rechten veilig te stellen.